zondag 30 juni 2019

Familieslaven in Semarang

Op 1 juli wordt traditiegetrouw ‘Ketikoti’ gevierd, de afschaffing van de slavernij in de Nederlandse West-Indische bezittingen in 1863. Voor de afschaffing van de slavernij in Nederlands Oost-Indië (Indonesië) is er niet zo’n herdenking. Hier werd de slavernij formeel afgeschaft op 1 januari 1860, nadat de Tweede Kamer een jaar eerder hiertoe met overgrote meerderheid een wetsvoorstel had aangenomen. Slavernij in Oost-Indië was echter als instituut veel minder overzichtelijk en minder duidelijk geregeld dan in West-Indië. Het zou dan ook nog tot 1914 duren voordat in het laatste onder Nederlands bestuur staande gebied de slavernij officieel was afgeschaft.

Net als in West-Indië hadden Nederlandse ambtenaren en militairen in Oost-Indië vaak slaven in bezit als zogenaamde ‘huisslaven,’ die werk verrichtten in en rond het huis. In de meeste voor de hand liggende bronnen voor familieonderzoek onder Indische families zul je niet zo snel slaven aantreffen, of er moet een testament of boedelbeschrijving zijn waarin zij vermeld worden. Informatie over levensomstandigheden en de relatie tussen meester en slaaf is echter dun gezaaid.

Eerste pagina brief Helena Hegi-van Steenbergen.
Soms helpt het toeval een handje. In de onlangs geïndiceerde archieven van het Ministerie van Koloniën 1850-1900 (label Oost-Indië: Slavernij Verbalen) trof ik de weduwe H. Hegi-van Steenbergen aan. Zij is de echtgenote van Willem Hegi, een beroepsmilitair en de broer van een directe voorvader van mijn nichtje. Een bijvangst in mijn onderzoek naar haar familie. Willem Hegi, zoon van een Zwitserse huursoldaat in de Zwitserse Garde van Erfstadhouder Willem V, treedt in 1809 in militaire dienst en vecht in de vier jaar daarna voor Napoleon in Duitsland, Nederland, Rusland en Italië. In 1814 gaat hij over in Nederlandse dienst en maakt deel uit van de Waterloo-campagne. Daarna vertrekt hij als militair naar Oost-Indië, waar hij onder andere in de jaren 1820 actief is in de koloniale veroveringscampagnes op Java. Hij wordt hiervoor onderscheiden met de Militaire Willemsorde. In Indië trouwt Willem met Helena van Steenbergen, een dochter uit een Nederlandse familie die al langer in de Oost gevestigd is. Na Willems pensioen vestigt het gezin zich in 1850 in Nederland. Willem Hegi overlijdt in 1854.

Een jaar na de dood van haar man richt Helena Hegi-van Steenbergen zich in een brief tot de Minister van Koloniën (zie bijlage). In de brief, gesteld in stilistisch correct, maar grammaticaal gebrekkig Nederlands, vertelt zij aan de minister hoe zij bij haar vertrek een 'famielle slaaven’ heeft achtergelaten in haar laatste woonplaats Semarang. Ze noemt hen bij naam: de vrouwen Sinadja, Selie en Julia en het dochtertje van Julia, genaamd Rozalie, en de mannen Februarij, Kietje (die Junij genoemd wordt) en August. Zeven personen in totaal dus. Helena heeft hen achtergelaten bij haar zuster, Maria Steenbergen, weduwe van Baron Holzschuhe van Harrlach, en haar zoon F.H.A.E.S. Holzschuher van Harrlach. Helena is ter ore gekomen dat de genoemde slaven niet behandeld worden ‘zoo het behoord’ en heeft daarom besloten dat zij ze vrij wil maken, inclusief de na haar vertrek geboren kinderen. Zij vraagt de minister dit te bewerkstelligen. 

Eerste pagina reactie minister op brief
H. Hegi-van Steenbergen
Dat Helena zich tot de minister wendt heeft vermoedelijk een bijzondere reden. Uit de brief blijkt dat zij haar neef wantrouwt en hem ook verantwoordelijk houdt voor de onbehoorlijke behandeling. Zij wijst de  minister erop dat zij de eigenaresse is van de slaven en voegt de eigendomsbewijzen bij. Bovendien stelt zij dat de brief zelf als bewijsstuk kan dienen. Zij waarschuwt de minister dat haar neef mogelijk met smoesjes aan zal komen over eigendomsbewijzen die zoek zijn en impliceert dat hij zelf de eigendom zal claimen. De minister beoordeelt het verzoek welwillend en zendt de brief door aan de gouverneur-generaal van Nederlands-Indië, met het verzoek de zaak af te doen conform Helena’s vraag en hem van de uitkomst op de hoogte te stellen.

Uit de beperkte informatie die de brief van Helena Hegi-van Steenbergen ons verschaft kunnen we een aantal zaken afleiden over slavernij in Oost-Indië. In de eerste plaats is het blijkbaar volkomen normaal dat een gegoede (militaire) middenklasse-familie een aanzienlijk aantal (huis-)slaven in bezit heeft. Ten tweede kunnen we uit de toon van Helena’s brief en de zorg die daaruit spreekt opmaken dat deze slaven sociaal gezien vrij dicht bij het huisgezin van de eigenaar staan. Maar ook dat er sprake is van een precair evenwicht, waarbij de ongelijke machtsverhouding snel tot ontsporingen kan leiden. In dit geval door het optreden van de neef. Ten slotte blijkt dat manumissie (vrijmaking) dan een optie is om aan deze situatie een einde te maken, zelfs op afstand.

Charles Ferdinand Pahud (1803-1873), als gouverneur-
generaal. Olieverfschilderij door Jacob Spoel, 1863-1868,
Coll. Rijksmuseum, nr. SK-A-3804.
Een factor die Helena’s actie beïnvloed kan hebben is dat in de periode van schrijven de afschaffing van de slavernij in Oost- en West-Indië onderdeel van het politieke en publieke debat is geworden, uitmondend in de afschaffing respectievelijk vijf en acht jaar later. Saillant detail is dat de minister tot wie Helena zich richt Charles Ferdinand Pahud is, een conservatief-liberaal politicus en een technocraat, die in 1854 het nieuwe Regeringsreglement voor Nederlands-Indië tot stand brengt. Hierin zijn onder andere waarborgen opgenomen tegen willekeur en rechtsongelijkheid en is er meer oog voor de belangen van de Indonesische bevolking. Daarbij past ook het voorstel tot afschaffing van de slavernij in 1859. Het is Pahud zelf, in 1856 benoemd tot gouverneur-generaal van Nederlands-Indië, die die afschaffing tot stand mag brengen. 

Hoe de zaak uiteindelijk afloopt en wat het lot van de ‘famielle slaaven’ is vertelt het archief niet. Daarvoor is aanvullend onderzoek nodig. Mogelijk is in het Ministerie van Koloniën de gevraagde rapportage van de gouverneur-generaal te vinden. En het zou dus best Pahud kunnen zijn die zijn eigen vraag beantwoordt. Helena Hegi-van Steenbergen overlijdt in Breda in 1868.


Bijlage: Brief H. Hegi-van Steenbergen

Afschrift

Aan Zijne Excelentie 
den Minister van Koloniën
te ’s Hage

Terheiden den 7 Junij 1855

Toen wij in 1850 Samarang in Java verliete hebbe wij te Samaring achter gelaate een famielle slaaven bestaande uit SinadjaSelie en Julia, vrouwelijk, FebruarijKietje (word genoemd Junij) en August, mannelijk en Rozalie, jong meisje, dogter van Julia, bij mijn zuster de weduwe van den kapitein Baron Holzschuher van Harrlach, en bij mijn Neef, haar zoon, Frederich Henrich August Ernst Sigismund Holzschuher von Harrlach. Daar ik geïnformeerd ben genoemde slaven niet behandeld worde zoo het behoord zoo neem ik de vrijheid Uwe Excelentie beleefdelijk te verzoeke gemelde slaaven bij den amptenaar te Samarang daar toe bevoegt te laate koome en hun bekent te doen stelle zij geheel hun vreiheid hebben en aan niemand meer toebehoore ook die kindere welke na mijn vertrek mogte geboore zijn.

Ik zend Uw Excellentie de bewijze van eigendom van gemelde slaave; het bewijs van Julia en haar kind Rozalie is in hande van Holzschuher van Harrlach te Samarang. Met beleef verzoek dat de amptenaar daar toe bevoegt te Samarang hem Holzschuher dat af doet geeve en zoo wel als de bewijze welke ik Uwe Excelentie toe zend te vernietige.

Zoo het mogt zijn het bewijs van eigendom door gemelde Holzschuher niet mogt worde afgegeve onder voorwenschel van verloore of zoo hiets dan dient deeze brief als bewijs en verzoek zij zoo spoedig mogelijk in vreiheid gesteld worde.

Ik vlij mijn met een antwoord van Uwe Excelentie.

Met hooge achting de Weduwe van den gepensioneerde majoor Hegi.
U.W. Dienaresse (getd.) de wed. H. Hegi geb. van Steenbergen

Bronnen

Genealogische bronvermelding is hier kortheidshalve weggelaten, maar opvraagbaar bij de auteur. Buiten de in de links in het artikel vermelde bronnen is gebruikt gemaakt van het volgende materiaal:

Michel Doortmont
Groningen, 30 juni 2019



Geen opmerkingen:

Een reactie posten